Dagloon bij twee werkgevers

14 juli 2021 Geschreven door: Stéphanie Heijtlager

Als een werknemer recht heeft op een WIA-uitkering, dan wordt de hoogte van deze uitkering gebaseerd op het ‘dagloon’ van de werknemer. Het dagloon is - kort gezegd - hetgeen een werknemer per dag verdiende in het jaar voordat hij/zij ziek werd. Om het dagloon vast te stellen maakt het UWV gebruik van de zogenaamde 'polisadministratie'. In de polisadministratie verzamelt het UWV informatie over loon, uitkeringen en arbeidscontracten van verzekerden. Het gaat om de gegevens van alle verzekerde werknemers in Nederland. Het UWV gebruikt deze informatie vervolgens om de daglonen te berekenen.

Maar houdt het UWV deze administratie wel goed bij? En mag het UWV altijd afgaan op de gegevens uit de polisadministratie? Als de informatie namelijk niet volledig of correct is, dan kan dat namelijk verstrekkende inkomensgevolgen hebben voor een verzekerde. Immers, de hoogte van de WIA-uitkering (en ook de Ziektewet- en WW-uitkeringen) wordt op basis van de polisadministratie vastgesteld.

Twee werkgevers: hoger dagloon?

De verzekerde in deze zaak van de Centrale Raad van Beroep vond dat het UWV op basis van foute/onvolledige informatie zijn dagloon op € 8,78 (*70% ) had vastgesteld. Het ging in deze zaak om het volgende.

De verzekerde heeft in het jaar voordat hij uitviel voor zijn werkzaamheden als uitzendkracht bij BV 1 naar eigen zeggen nog een arbeidsovereenkomst gehad als koerier voor 40 uur per week bij BV 2. Volgens de verzekerde heeft het UWV deze inkomsten uit arbeid bij BV 2 ten onrechte niet meegenomen in de vaststelling van het dagloon voor zijn WGA-uitkering. Het UWV stelt zich op het standpunt dat uit de polisadministratie enkel inkomsten uit het dienstverband bij BV 1 volgen en dat zij het dagloon voor de WGA-uitkering van de verzekerde dus op basis van de juiste gegevens hebben vastgesteld. De rechtbank heeft het UWV gevolgd in haar standpunt dat de juiste gegevens aan de dagloon vaststelling ten grondslag lagen.

In hoger beroep oordeelt de Raad dat niet kan worden vastgesteld dat in het dienstverband met BV 2 daadwerkelijk sprake was van een privaatrechtelijke dienstbetrekking en dat de verzekerde arbeid heeft verricht en loon heeft ontvangen. Tevergeefs heeft de verzekerde zijn aangifte inkomstenbelasting, loonstroken en een jaaropgave (van BV2) overgelegd om te bewijzen dat wel sprake was van een privaatrechtelijke dienstbetrekking. Volgens de Raad is dat echter onvoldoende om een privaatrechtelijke dienstbetrekking aan te nemen.

Opvallend zijn verder de volgende omstandigheden:

"(...)

In het onderzoeksrapport is onder meer vermeld dat appellant zijn vermeende dienstbetrekking bij [BV 2] tijdens zijn hele ziekteperiode niet heeft genoemd. Ook in de WIA-aanvraag is dit dienstverband niet vermeld. Pas na de aanvraag voor een WIA-uitkering wordt op dit dienstverband gewezen. De in hoger beroep ter zitting herhaalde stelling dat appellant destijds mondeling aan een medewerkster van het Uwv heeft meegedeeld dat hij ook bij [BV 2] heeft gewerkt, wordt niet ondersteund met concrete gegevens. Verder blijkt uit het onderzoeksrapport dat geen omzet van [BV 2] bekend is over 2013 en dat geen bankbetalingen zijn gedaan aan appellant, terwijl het salaris volgens de arbeidsovereenkomst betaald zou worden via de bank. Ook bestaat onduidelijkheid over de leidinggevende van appellant. Daarbij komt dat appellant niet wist waar het kantoor was gevestigd en [BV 2] niet bekend was op het adres waar het volgens de Kamer van Koophandel stond ingeschreven. Dit alles biedt geen steun voor de opvatting dat appellant daadwerkelijk werkzaamheden heeft verricht voor [BV 2] .

(...)"

Het lijkt er op dat deze verzekerde - op het moment dat hij zich geconfronteerd zag met een wel erg lage WGA-uitkering - op alle mogelijke manieren heeft geprobeerd om toch nog "effe te vangen". Niet zo handig natuurlijk als je niet eens weet waar het kantoor van je vermeende werkgever staat. Hoe dan ook: deze verzekerde zal het moeten doen met een lagere WGA-uitkering, gebaseerd op een dagloon van € 8,78.

Overigens is het daarnaast gebruikelijk dat als een werknemer ziek wordt en sprake is van twee dienstverbanden, in principe allebei de werkgevers zelfstandig verantwoordelijk zijn voor de re-integratie (in dit geval had BV 2 dus ook een re-integratieverslag moeten opstellen over de re-integratie inspanningen die zouden zijn verricht).

Tot slot

Voor eigenrisicodragers nog goed om te weten: als dus wél sprake is van twee dienstverbanden van waaruit een werknemer ziek wordt, dan mag de eigenrisicodrager in dat geval de uitkering niet zelf betalen (artikel 72 lid 1 Wet WIA). Het UWV verhaalt de betaalde uitkering op de eigenrisicodrager naar rato van de loonsom van de door hem verschuldigde WGA-uitkering. Het is van belang dat de eigenrisicodrager dit goed controleert.

Gerelateerde artikelen